Algemeen

Honderdjarige Annie Wolbert verhuisde voor de liefde van De Lutte naar Weerselo

WEERSELO - Annie Wolbert-Haarman is geboren op 3 juni 1923 ’s nachts om 2.00 uur als Hanneke Haarman. Vroeger vonden haar zussen Hanneke een ouderwetse naam en daarom hebben ze er Annie van gemaakt. De doopnamen waren Johanna Maria en met vormen kregen alle kinderen die gevormd werden er een extra doopnaam bij; ‘Theresia’. Dat was vroeger zo. 

Annie is geboren in De Lutte en kwam uit een gezin van vijf kinderen. Annie vertelt: “Ik was de oudste van het gezin. Ik had twee broers en twee zussen. Ik ben er nog alleen. Ik was altijd druk op de boerderij. We waren met vijf kinderen en opa en oma en twee ongetrouwde dames in huis. Ik was de oudste dus moest ik voor ze zorgen.”

“Toen ik vijfeneenhalf jaar was ben ik in De Lutte naar de kleuterschool geweest. Vroeger noemden ze dat de bewaarschool. Hier ben ik een half jaar naar toe geweest. We moesten drie kwartier naar school lopen op klompen. Ik liep altijd met de grote buurjongens mee. Daarna ging ik naar de lagere school in De Lutte. We liepen daar ook altijd op klompen naar toe. Onze vader deed extra leer onder de klompen dan kon je er langer mee en liep je gelijk. Met speciale klompen pinnetjes werd het leer vastgemaakt. Tussen de middag ging ik naar een tante, een zus van mijn moeder om brood te eten. Na de lagere school ging ik naar de huishoudschool in Noord Deurningen. Daar leerde je allemaal huishoudelijk werk, onder andere koken, wassen en strijken. Vroeger wilde ik graag kraamverzorgster worden, dat vond ik leuk werk, maar dat heeft mijn moeder mij afgeraden. Je praatte je ouders niet tegen. Ik ben op mijn zestiende jaar gaan schoonmaken bij mensen in huis in Oldenzaal. Nadat ik dit een tijdje had gedaan ging ik werken bij Ten Brink in De Lutte. Dat vond ik mooier omdat ik dan ook af en toe in de winkel mocht helpen. Ik fietste daar naartoe op een fiets met massieve banden. Dat zijn banden waar geen lucht inzit. Later kreeg ik een fiets met normale banden met lucht dat fietste wel iets gemakkelijker. Tot de Tweede Wereldoorlog uitbrak. In de Tweede Wereldoorlog toen de Duitse soldaten binnen kwamen vallen was onze moeder heel bang dat wij met de Duitse soldaten meegingen. Heel goed dat moeder ons dat verteld heeft en daar heeft ze ons goed voor gewaarschuwd.

Toen de oorlog voorbij was ging ik graag uit met een nicht van mij. Eerst naar Kolmschot en daarna naar Kothman in Oldenzaal. Hier heb ik Herman leren kennen. Herman zei tegen z’n kameraden. “Doar stoat twee wichter die bint hier nog nooit eerder west. Dat wicht met die zwarte hoar die wil ik hebb’n.” Herman wou me op de fiets naar huis brengen. Ik zei tegen hem: “Ik red mie wa. Dan moet je een heel eind fietsen, van Oldenzaal naar de Lutte, maar je moet ook weer terug. Dat maakte hem niets uit. Als ik hieraan terug denk kan ik er nog om lachen.”

In 1952 is Annie getrouwd met Herman Wolbert. Hij kwam uit Weerselo en Annie is er bij in getrouwd. “Ik mocht geen witte jurk aan van mijn moeder maar ik wilde persé een witte sluier”, vertelt Annie, ‘s morgens om 9.00 uur zijn we in de Plechelmuskerk in de Lutte getrouwd en sinds die tijd woon ik in Weerselo. We hebben vijf kinderen en elf kleinkinderen, daar heb ik heel vaak op gepast en ze zijn gelukkig allemaal nog gezond. Ik heb mijn rijbewijs gehaald toen ik ongeveer vijftig jaar was. Ik ben wel een paar keer op geweest maar ik heb het gehaald. Er is bijna niemand van mijn leeftijd die een rijbewijs heeft. Mijn eerste auto was een DAF, een automaat. Wat vond ik dat mooi om te rijden. Ik ben ook nog bij de boerinnenbond geweest en bij de EHBO Weerselo. Met Hemelvaart vanaf 1991 gingen we met de hele familie bij ons Ans in de caravan. Ik bakte toen heel veel bapao en pannenkoeken en nam die mee naar de camping. Iedereen vond dat zo lekker. Het was altijd heel gezellig. Dat waren hele mooie tijden. In 2016 zijn we nog een lang weekend naar Israël geweest met de drie dochters en één kleindochter. Hier heb ik nog in de Dode Zee gelegen. Inmiddels woon ik alweer elf jaar in Zorgcentrum St. Jozef en het bevalt mij hier prima. Iedere dag warm eten, ik heb mijn eigen kamer en er is hier veel vertier. In 2020 was ik de eerste Gravin van het ‘Oale Knoll’n Hoes’, samen met Frans Hazekamp als Graaf. Wat was dat mooi. We hebben zelfs nog meegedaan in de optocht, geweldig.

Wat moet je doen om honderd jaar te worden?

“Niet veel prakkeseren, goed eten, uitgaan, plezier maken en genieten van het leven.”

Burgemeester John Joosten kwam nog even gezellig langs om haar namens de gemeente Dinkelland te feliciteren en bood haar een mooie bos bloemen aan.

Vrijdagavond is er een boog gemaakt bij Partycentrum Ensink door de oude buurt, familie en vrienden en zaterdag 3 juni was het feest bij Ensink.             

 

Ine Flinkers