Algemeen

Titus Rodenstein viert vlak voor kerst zijn honderdste verjaardag

OLDENZAAL - Op de scootmobiel haalt hij nog de dagelijkse boodschappen en maakt hier en daar een praatje. ’s Avonds kookt hij voor zichzelf. Zijn motoriek wordt iets minder, maar zijn geest is nog glashelder. Zo wil iedereen deze mijlpaal wel bereiken.

Op 24 december 1923 werd hij geboren in Steenwijk. Als jonge man leerde hij bij de Krontjong club zijn toekomstige vrouw Jetty Philipsen kennen. Hij vond haar prachtig en ze maakten samen muziek. Dit leidde uiteindelijk tot verkering en in 1950 gaven ze elkaar het ja-woord. Zo vlak na de oorlog was het niet makkelijk om een woning te vinden en ze woonden bij mensen in. Hun eerste zoon Stans werd geboren.

Op een gegeven moment zag Jetty een advertentie voor een baan bij de drukkerij van de Twentsche Courant in Oldenzaal mét woning. Het prille gezin verhuisde naar de Irisstraat in Oldenzaal en Titus ging als machinewerker en typograaf aan de slag. Hun tweede zoon Karst werd geboren. Na een verhuizing van de drukkerij zei Titus de krant vaarwel. Hij ging als toneelmeester werken bij De Ster. Hier hadden ze personeel nodig en Titus sprong bij in de bediening waardoor hij de horeca inrolde. Hier was hij helemaal in zijn element. ‘Mensenmens’ Titus had zijn roeping gevonden.

Helaas ging de uitbater failliet en Titus kwam op straat te staan. Hun derde zoon Louis was net geboren. Door zijn uitgebreide netwerk kwam hij al snel in dienst bij het eerste Chinese restaurant in Twente; Chinees Indisch Restaurant China in de Steenstraat. Toch keerde hij in 1970 terug bij de krant omdat zijn oude makkers daar hem misten en hem vroegen terug te komen. Enkele jaren later fuseerde de krant met Dagblad Tubantia. Titus ging mee met Handelsdrukkerij Dinkeldruk waar hij bleef werken tot hij met de VUT ging. Hij bleef in de weekenden wel ‘kelneren’ bij Luttikhuis, De Kroon en De Tankenberg. Het sjouwen van volle dienbladen werd hem te zwaar, maar hij mocht rond met de hapjes en asbakken legen.

Onder het motto ‘afval bestaat niet’ was hij na zijn pensioen altijd bezig met prutsen en hij maakte van niets iets. Met zijn opgewekte humeur en mooie verhalen is hij een zeer geliefde opa en overgrootvader. Zolang hij onder de mensen is, is hij op zijn best. Voor de dames van de zorg zet hij graag een kopje thee als ze bij hem hun broodje op komen eten. De gouden tip om deze bewonderenswaardige leeftijd te bereiken: “Positief blijven. Zorgen maken kan altijd nog.”